Biobrandstoffen worden uit verschillende grondstoffenstromen gemaakt. Zo zijn duurzaam geteelde gewassen, zoals raapzaad, een belangrijke grondstof voor de plantaardige olie en kunnen de duurzame eiwitten voor diervoeders worden ingezet. Steeds meer worden biobrandstoffen geproduceerd uit afval en residuen, zoals gebruikt frituurvet en dierlijke vetten. Ook wordt ingezet op stromen die nog moeilijker zijn te verwerken en geen of beperkt andere toepassingen hebben, zoals lignocellulosisch materiaal en industrieel afval.
De NVDB is voorstander van het benutten van het volle potentieel van duurzame biogrondstoffen, mits dit duurzaam en transparant plaatsvindt. Een geleidelijke transitie naar het gebruik van meer afval en residustromen en andere geavanceerde biobrandstoffen moet daarbij worden omarmd.
Het Nederlandse beleid voor biogrondstoffen is vastgelegd in het duurzaamheidskader voor biogrondstoffen, waar het advies Biomassa in balans (2020) van de Sociaal-Economische Raad (SER) de basis voor vormt.